Het is de dag na de zware storm Eunice. In Amsterdam zijn drie doden te betreuren door omgewaaide bomen. Een daarvan viel, schokkend genoeg, een paar straten bij mijn huis vandaan.
De treinen rijden nog niet, er liggen nog omgewaaide bomen en vrachtwagens op de wegen. We houden het bij een wandeling door de stad. Ik grijp de gelegenheid aan om de allereerste schreden van Van Lennep na te lopen, want dat heb ik nog niet gedaan, het stukje van zijn huis naar het veer over het IJ. Heb pas onlangs opgezocht waar hij woonde in 1823. Dat blijkt Herengracht 527 te zijn, op de hoek met de Vijzelstraat, bij zijn vader. En daar lopen we eerst maar eens naartoe.
We lopen in een opklaring tussen twee depressies in. Een voorzichtig zonnetje, maar het waait nog wel en het is ook vrij koud. Op weg naar het Vondelpark liggen twee omgewaaide bomen al in stukken gezaagd op een hoop langs de weg. Het Vondelpark zelf is afgesloten. Ook daar wordt de stormschade opgeruimd. We lopen langs het Vondelpark naar het Museumplein. De toeristen zijn weer in grote getale aanwezig. Rijen voor het Rijks. Langs de Reguliersgracht. Ook daar is een oude boom gesneuveld.
Herengracht
We staan voor Herengracht 527. Een grijze zandstenen gevel met pilasters en een timpaan. En twee flinke buitenlampen in 19e eeuwse stijl. Achter een van deze ramen maakte Jacob zich op voor een maandenlange trektocht.
Nadat ik met veel moeite mijn rugzak met een hemd, twee paar kousen, een das, een muts en andere noodzakelijkheden volgepropt had, ging ik mijn vriend Van Hogendorp afhalen, die in Het Rondeel logeerde.
L'Europe op de plek van Het rondeel
Het Rondeel, waar Dirk verbleef was een herberg, gebouwd op de fundamenten van een bolwerk. Op de plek waar nu het hotel L’Europe staat, een steenworp van de Herengracht. Misschien was het niet gebruikelijk om bij een vriend thuis te logeren, misschien was Van Hogendorp daar te chique voor, misschien waren alle kamers op de Herengracht al bezet door de familieleden van Van Lennp.
Hij was klaar voor de reis en dus leidde ik hem naar de Nieuwe stadsherberg, waar wij om half acht aankwamen. De morgenstond was heerlijk. Het onnoemelijk aantal schepen met wimpels die op het zoele ochtendwindje golfden, het zacht gekabbel van de IJ-stromen die de heerlijke moederstad van de handel kwamen begroeten en de vrolijke overkant leverde een treffend schouwspel op.
Ze zullen over het Rokin en het Damrak richting het IJ gelopen zijn, wat wij ook doen. In het IJ lag de Nieuwe Stadsherberg op de plek waar nu het stationsplein ligt, en meer precies, waar de nieuwe ondergrondse fietsenstalling wordt gebouwd.
De Nieuwe stadsherberg in het rode cirkeltje
Stadsherberg
De nieuwe stadsherberg was een herberg op palen in het water, net buiten de stadspoort. In de tijd dat de stad ’s avonds nog op slot ging, konden hier gestrande reizigers overnachten. De Nieuwe stadsherberg stamt uit 1662 en werd afgebroken toen het Centraal Station werd aangelegd, in 1867. Vanaf de stadsherberg nemen de jongens het veer naar Buiksloot. Ze varen langs de aanleg van het Noordhollandsch kanaal die dan nog in volle gang is.
Om acht uur stapten wij in de Buiksloter… Aandachtig bekeken wij het begin van het Nieuwe Kanaal dat, als de uitvoering ervan mogelijk is, zo belangrijk voor Amsterdam en heel Noord-Holland zal worden.
Noordhollandsch kanaal
Dat belang viel achteraf bezien nogal tegen. Het kanaal was erg duur in aanleg en uiteindelijk toch te smal, te bochtig en te tijdrovend voor de steeds groter wordende zeeschepen die Amsterdam er mee hoopte te lokken. Een kleine vijftig jaar later kwam het Noordzeekanaal gereed en verloor het Noordhollandsch kanaal het scheepvaartverkeer waar het voor ontworpen was.
Kop van het Noordhollandsch kanaal met zicht op het Centraal Station
Jakob en Dirk voeren met hun schuitje naar Buiksloot, dat water is nu land. De Buiksloter van nu meert aan de kop van het kanaal aan. We lopen verder langs het Noordhollandsch kanaal. Een paar straatjes, woningen en een tolhuis houden nog min of meer stand in de buurt van de sluis, maar de hoogbouw op de kop van Noord rukt in duizelingwekkende vaart op. Nieuwe hoge woontorens zijn in aanbouw en aan het bouwrijp gemaakte terrein achter het voormalige Shellterrein te zien is het einde voorlopig nog niet in zicht.
Toen we bij Buiksloot aankwamen, liet ik aan van Hogendorp zien hoe een klein dijkje heel Noord-Holland voor overstroming behoed had bij een enorme doorbraak van de sluis die daar een jaar eerder geweest was. Vandaar wandelden wij langs de kronkelende dijk naar Zaandam.
Buiksloterdijk
Wij komen via het Noorderpark bij Buiksloot. Ook hier zijn meerdere bomen gesneuveld. Sommige werden ontworteld en liggen met hun kruin in het kanaal, andere zwakke broeders zijn bij de vermolmde enkels afgebroken en liggen in grove brokstukken in het gras. Takken met bloesem in de knop. We snijden een paar takken af om die thuis in een vaasje te zetten bij wijze van in memoriam.
Zodra we voet op de Buiksloterdijk zetten verandert de sfeer van grootsteeds naar landelijk. Een paar jongens vegen onhandig met nagelnieuwe bezems de resten van een omgewaaide boom van de dijk. Het lijkt alsof ze nog nooit eerder een bezem hebben vastgehouden. We kuieren langs de schilderachtige houten geveltjes de dijk af. Bij de kerk vallen we in een praatje met een oude bewoonster die in haar tuintje aan het scharrelen is. De kwieke 80-jarige prijst zichzelf gelukkig met de aankoop van haar blauwe dijkhuisje toen het nog te betalen was. Ze wijst op de oude boom tegenover haar huis, die nog staat, maar die ze gisteren een paar angstige uren nauwlettend in de gaten heeft gehouden. Ze wijst verdachte zware takken aan, die ze door de gemeente graag had willen laten verwijderen en stoomt door in een aansluitend betoog over de herbestrating en de nieuwe parkeerhaventjes die voor veel wrevel onder de buurtbewoners heeft gezorgd. Sommige willen meer parkeerplaatsen op de laatste grassige stukjes voor het huis, anderen het liefst zo min mogelijk. Dat leidde tot twee partijen die via de gemeente met elkaar in de clinch gingen.
En zo zie je maar weer hoe onder het bovenste fineerlaagje van het grote idyllisch wonen toch ook weer een hoop tandengeknars schuilgaat. Zulke zaken verzoenen mij met het feit dat ik zelf niet zo idyllisch woon en dertig jaar geleden geen dijkhuisje heb gekocht.
Kroketje
We wurmen ons los uit de aanhoudende woordenstroom van de kwieke 80-jarige, nemen een kijkje bij de Buiksloterkerk en vervolgen de oude zeedijk, die ter hoogte van een bedrijventerrein bij de Buiksloterbreek even alle charme verliest, hoewel de loop van de dijk nog steeds goed te volgen is. Gelukkig is daar een Febo, die ons in staat stelt met een warm kroketje dit koude winderige stukje te overbruggen. “Mooie takken”, roept een medesnacker naar de bloesemtakken die uit Maddy’s rugzak steken. Hij meent het ook nog.
Wilmkebreekpolder
De dijk krijgt weer charme ter hoogte van de Wilmkebreekpolder. Grazige weiden binnen de ring, wie had dat gedacht. De polder die ruim drie meter onder N.A.P ligt werd in de 17e eeuw gewonnen op het zompige door dijkdoorbraken geplaagde gebied.
Links ligt Tuindorp Oostzaan met de mooie jaren ’20-woningen, rechts doemen de flats van Molenwijk op, een soort mini-Bijlmermeer. Gebouwd in de jaren ’60 en ’70. Ruime flats met alle voorzieningen in de buurt. Maar net als in de Bijlmer bleek het idealistische plan van ruimte en groen niet goed uit te pakken en kwam er een periode van verloedering. Nu gaat het na een aantal ingrepen weer beter.
De dijk wordt ruw onderbroken bij de A10. Ons eindpunt voor vandaag. Bus 36 rijdt ons in een vloek en een zucht naar station Sloterdijk. Jacob en Dirk zijn op hun eerste dag nog maar net begonnen. Zij vervolgen hun weg door het toen nog compleet groene weidegebied naar Zaandam, Wormerveer en Purmerend. Alles bij elkaar een etappe van zo’n 40(!) kilometer.
Praktische informatie
Amsterdam Vondelpark – Oostzanerdijk
15 km
Eindpunt:
A10 bij Bushalte Oostzanerdijk Molenaarsweg
Bus GVB lijn 35 en 36